Vorige week kwam ik er niet toe om een blog te schrijven. De reden is dat de lancering van Compagnon de route midden maart heel dichtbij komt en er momenteel heel wat ‘to do’s’ op ons en op de mensen en teams waarmee we samenwerken afkomen.
Heel wat deadlines dus. Deadlines…. een aantal weken geleden stonden Naomi en ik plots stil bij dit woord. ‘Deadline’, heb je al eens goed gekeken en geluisterd naar dit woord? Dead-line… wat een beladen woord! We zochten de betekenis van dit woord op.
Wikipedia leert ons dat ‘een deadline de tijdslimiet is die aan een bepaalde werkzaamheid of een aan een proces is gesteld, of de uiterste datum waarop die werkzaamheid of dat proces moet zijn afgerond. Er wordt ook wel gesproken van fatale datum of fataal tijdstip, en daarmee wordt benadrukt dat er daarna in het geheel niets meer kan worden gedaan’.
Een ‘fatale datum’ !? ,… we gingen op naar de oorsprong van het woord
En toen leerde Wikipedia ons dat ‘Het woord deadline komt uit het Engels, en betekent letterlijk een ‘lijn des doods’. De term werd voor het eerst gebruikt tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog halfweg de 19e eeuw. Gevangenissen en gevangenkampen waren toen slecht beveiligd, en ontsnappingspogingen kwamen veelvuldig voor. Op de binnenkoer van de beruchte gevangenis van Andersonville werd over de ganse omtrek zes meter voor de omheining een krijtlijn (‘deadline’) op de grond aangebracht: de krijgsgevangenen die hier overheen ging, zelfs al was het maar een paar centimeter, werd zonder pardon doodgeschoten.’
En wij gebruiken zo’n zwaar beladen woord in ons dagdagelijkse leven…. Ik heb al zo vaak ervaren welke enorme impact woorden hebben en heb me hier dan ook heel sterk in verdiept. Ik ga van hieruit steeds bewuster om met de taal die ik met mezelf en met anderen spreek. Het woord ‘deadline’ is dan ook onmiddellijk uit mijn woordenboek geschrapt, ik krijg het bijna letterlijk niet meer over mijn lippen. We spreken intussen van feestlines. Een heel ander gevoel! Een echte aanrader dus!
Sinds we over feestline spreken en ook echt met een feestline werken hebben we ook veel meer aandacht voor het vieren van alle tussentijdse feestvlaggetjes onderweg naar ons doel. Onze feestline zal binnenkort ook te koop aangeboden worden op onze laadzone (ons woord voor webshop, die veel méér zal zijn dan zomaar een webshop 🙂 )
Over taal gesproken,…. Hoe vaak spreken we ook over wat we NIET willen. Luister eens naar je communicatie met bijvoorbeeld je kinderen. ‘Pas op dat je niet valt’, ‘Geen ruzie maken’, ‘Niet oversteken’, ‘Niet aankomen’, …. Of in de communicatie met onszelf: ‘ik ga stoppen met roken’, ‘ik ga mij niet meer kwaad maken’, ‘ik ga niet meer overwerken’, ‘ik mag niet vergeten om…’….
Onze hersenen kunnen zich niets voorstellen bij negaties zoals niet, on, geen. Je kent wel de klassieker dat je niet aan een roze olifant mag denken. Probeer het maar. Denk nu één minuut niet aan een roze olifant. …
…
Heb je hem al zien passeren?
…
Al onze niet-boodschappen trekken de aandacht van onze hersenen op wat we niet meer willen. Onze hersenen horen ‘vallen’, ‘ruzie maken’, ‘oversteken’, ‘roken, ‘kwaad maken’, overwerken’,…. en ‘roze olifant’. Je trekt dus de aandacht en van hieruit ook je gedrag naar dat wat je niet (meer) wilt. Eigenlijk nodig je je kinderen, een ander of jezelf op hersenniveau vanuit niet-boodschappen eigenlijk letterlijk uit om dat te doen wat je niet wil…
‘Stop aan het einde van de straat’ of ‘Niet oversteken!’.
Voel je het verschil?
De boodschap is dezelfde, de woorden zijn anders, met een heel ander gevoel.
Onze ‘niet-boodschappen’ zijn heel vaak angst gedreven en zijn gebaseerd op het verleden. Onze ‘wel-boodschappen’ zijn geworteld in en geformuleerd vanuit vertrouwen. Het is de angst of het vertrouwen die aankomt bij de ontvanger en waarop ‘ge-re-ageerd’ of ‘ge-antwoord’ wordt.
In de media komen momenteel heel wat ‘campagnes tegen pesten’ in beeld. Hoe sterk en mooi de intenties en acties binnen deze campagnes ook mogen zijn, … de boodschap kan nooit ten volle doordringen vanuit een anti-boodschap. ‘Move tegen pesten’, ‘stippen tegen pesten’, ‘sta op tegen pesten’,….. De aandacht en focus gaat naar pesten. Ik hoorde al verschillende leerkrachten zeggen dat ze ervaren dat er net meer gepest wordt tijdens zo’n campagnes.
De aandacht wordt er volledig naartoe getrokken,…. en van hieruit ook het gedrag.
En als je zo eens verder gaat kijken botsen we op heel wat ‘anti-campagnes’ (nogmaals: dit doet niets af van de waarde van wat er beoogd en ondernomen wordt binnen deze campagnes) zoals ‘Kom op tegen kanker’, en ook vele medicatie is antimedicatie: anti-depressiva, anti-epileptica, anti-biotica (wat letterlijk ‘tegen het leven’ betekent),…. Al eens stil gestaan wat dit zegt over die medicatie en over de werking en het effect ervan?
Naast deadlines, haal ik dus ook zoveel mogelijk negaties (in relatie tot wat ik niet wil) uit mijn woordenboek. En zo heb ik er nog een aantal…
Wat zou de impact zijn als we ons focussen en richten op wat we wél willen. Ik denk dat we niet beseffen wat de impact en mogelijkheden van persoonlijke en maatschappelijke ‘kiezen- VOOR-campagnes’ zouden kunnen teweegbrengen. Ik blijf het zo vreemd vinden dat de kennis over de werking van ons emotionele en cognitieve brein en ons onderbewuste tijdens de brainstorm en uitwerkingsfases van dergelijke grote campagnes met zo’n mooie doelstellingen compleet over het hoofd gezien wordt.
Ik sluit dan ook graag af met de voorstelling van ons gratis webinar ‘Onderneem je leven. Maak het universum jouw vennoot’ waarin de focus helemaal gaat naar het creëren wat je wél wil in je leven.
Barbele
Bedenksels (0)